Een gedicht

“De plaat”

Ik heb het water af en toe tot in mijn schoenen
Want ik poets de vloer tot alles er af gaat
En ook al is het resultaat soms om te smullen
Het liefst van allen poets ik toch de plaat

Ik heb toiletten met een padje lopen schuren
Door de ontkalker heen rook ik er soms onraad
En ook al ben ik zelf gebruiker van die ruimtes
Het liefs van allen poets ik toch de plaat

Als het water weer omhoog kwam uit de putjes
Met een lucht waarvan je biertje zelfs doodslaat
Nou heb ik daar ook het verschil best kunnen maken
Maar het liefst van allen poets ik toch de plaat

Ik heb mijn schouders flink getergd met al die muren
Op de toiletten zonder wenselijk resultaat
Want de banen die je maakt, die blijven zichtbaar
Nee, het liefst van allen poets ik maar de plaat

Elke week loop ik al zwoegend in een koelcel
Flink te rillen in ‘t Siberische klimaat
Hoewel ik best een dikke jas had kunnen lenen
Poets ik toch het liefst van allen maar de plaat

In de late dienst verheugend op de pauze
Als in de magnetron je avondmaaltijd staat
Hoewel de Lidl best een goed diner te koop heeft
Poets ik toch het liefst van allen maar de plaat

Hoewel collega’s soms elkaar niet zo waarderen
Toon ik mij in het contact een diplomaat
Een echte held, die laat een ander in zijn waarde
Een echte held weet van zichzelf waar hij staat

In mijn geval is dat dan onder aan de ladder
Soms wel rustig, soms ook best wel desolaat
Daarom laat ik me graag van mijn beste kant zien
Ook al poets ik op z’n tijd liever de plaat

Die plaat, die moet nu onderhand wel schoon zijn
En u, de lezer, bent nu ook wel bijgepraat
Dus wordt het tijd dat deze medewerker
Ook weer eens verder met zijn taken gaat.

(Visited 10 times, 1 visits today)